Stichting Carlos de Amberes, tussen Spanje en de Lage Landen

In 1594 bepaalde ene Karel van Antwerpen (op het portret links) dat de huizen, die hij in Madrid bezat, na zijn dood onderdak zouden verlenen aan armen en pelgrims uit de Zeventien Provinciën der Lage Landen, die de Spaanse hoofdstad zouden komen bezoeken. Na de dood van deze Vlaamse koopman tien jaar later, zou de hoofd van de koninklijke lijfwacht, Miguel de Fréne, deze wil tot uitvoering brengen. Hij wijdde een Hospitaal, ondergebracht in één van de geschonken huizen, aan Sint- Andreas, de patroonheilige van Bourgondië. De oprichting van dit Sint-Andreashospitaal werd beheerd door de stichting Carlos de Amberes en viel samen met het ontstaan van enkele andere liefdadige instellingen ten gunste van personen met eenzelfde nationaliteit of beroep, of personen die deel uitmaakten van een zelfde broederschap.

Filips III, beschermheer
In 1609 werd koning Filips III beschermheer van de Real Diputación en bekrachtigde statuten waarin werd vastgesteld dat de leden van de Raad van Bestuur van het Hospitaal afkomstig moesten zijn uit de Zeventien Provinciën of in elk geval nakomelingen daarvan dienden te zijn. In 1621 werd aan de architect Juan Gómez de Mora (1586-1648) opdracht gegeven een nieuw onderkomen voor de stichting Carlos de Amberes te bouwen. Voor een bijbehorende kerk, de 'San Andrés de los Flamencos', kreeg Peter Paul Rubens (1577-1640) in 1635 de opdracht het schilderij 'El martirio de San Andrés' (Het martelaarschap van Sint-Andreas) te vervaardigen, wat er drie jaar later zou worden ondergebracht. De opdrachtgever was Jan van Vucht, een weldoener die door middel van legaten en giften er toe heeft bijgedragen dat de Stichting haar liefdadige werk heeft kunnen voortzetten.

Onteigingswetten van 1798
In 1798 dreigden de zg. 'Leyes Desamortizadoras' (Onteigeningswetten) van Manuel Godoy y Álvarez de Faria (1767-1851), eerste minister van Karel IV, dreigde een eind te maken aan de Stichting Carlos de Amberes. Deze wetten gelastten hospitalen en liefdadigee instellingen hun bezittingen te verkopen. Onder andere door tussenkomst van Belgische diplomaten die het Sint-Andreashospitaal steunden, kon dit echter worden afgewend, alhoewel de instorting van de Sint- Andreaskerk er niet door kon worden voorkomen. In 1877 werden daarom in de Calle Claudio Coello een nieuwe kerk (zie foto hieronder) en hospitaal geopend. Als zodanig bestaan die nog steeds.


De moderne tijd
De stichting Carlos de Amberes bestaat intussen al langer dan vierhonderd jaar. Dankzij de inspanning van haar leden heeft het zich steeds weten aan te passen aan de moderne tijden. Een verandering kwam in 1988 op gang, toen de huidige koning Juan Carlos (1938) toestemming gaf de statuten van de instelling te herzien, waardoor de sociale doelen van de stichting konden worden aangepast aan een meer culturele opzet. Zo kon de stichting in 1992 verbouwd worden tot één van de best uitgeruste culturele instellingen van Europa, die officiëel werden geopend door Juan Carlos en zijn vrouw, Sofía, in het bijzijn van de toenmalige koningen van België, Boudewijn en Fabiola. De laatste schonk de stichting in 1997 het schilderij 'El II Marqués de Casa Riera' van Raimundo Madrazo (1841-1920), die er -evenals het werk van Rubens- te bezichtigen is.

Activiteiten van de stcihting Carlos de Amberes richtten zich sindsdien op culturele uitwisselingen tussen Spanje en de landen die ooit deel uitmaakten van de Zeventien Provinciën der Lage Landen, t.w. Nederland, België, Luxemburg en delen in het noorden van Frankrijk. Ze bestaan uit tentoonstellingen, symposia, lezingen, concerten, presentaties van boeken en uitgave van eigen publicaties. Daarnaast is er een bibliotheek ondergebracht, die gespecialiseerd is in Europese onderwerpen. Mensen als Alexandre Lamfalussy, Jacques Santer, Jean-Luc Dehaene en Wim Kok hebben er hun visie gegeven over de vereniging van de Europese landen, één van de doelstellingen van de stichting om daartoe bij te dragen.