De Romeinse stad Mérida

De stad Mérida, in de regio Extremadura, werd in 25 v.C. gesticht door de Romeinen en zou het brengen tot hoofdstad van de provincie Lusitania. De oorspronkelijk naam was Emerita Augusta, naar de toenmalige keizer Augustus. Daarvan is ook de huidige naam afgeleid. Heden ten dage is het een provinciestadje met zo'n 55.000 inwoners, maar wat het zo uniek maakt is dat er nog altijd vele belangrijke Romeinse monumenten bewaard zijn gebleven, waaronder een theater dat nog altijd in gebruik is.

Een korte geschiedenis
Na de val van het Romeinse rijk werd de stad belaagd door germaanse volkeren, eerst door Vandalen en vervolgens door Visigoten, die het uiteindelijk in de 6de eeuw hoofdstad van een  rijk maakten. Toen deze nieuwe overheersers het christendom als godsdienst aannamen werd Mérida een bisschopszetel. Daardoor heeft de stad nog altijd een kathedraal. Na 713, met de invasie van de Moren, werd een groot deel van Mérida verwoest. Pas in 1230 lukte het de christelijke koning Alfons IX van León om de stad te heroveren.

Tegenwoordig is Mérida één van de belangrijkste archeologische plekken van Spanje, met onder meer een Romeins theater, een amfitheater, een circus en acquaducten, en een Moorse citadel. In 1993 werd het daarom opgenomen op de lijst van Werelderfgoed van de Unesco.

Romeinse monumenten

Het theater. In de jaren 15-16 v.C. werd het theater van Mérida gebouwd in opdracht van consul Marco Vipsanio Agripa. Vervolgens zijn er een aantal verbouwingen in aangebracht, waarvan de balngrijkste tijdens de regeringsperiode van keizer Trajanus, zelf zoon van het toenmalige Hispania. Zo werd de huidige voorgevel tegenover het podium eraan gebouwd.

Een andere grote verbouwing gebeurde onder keizer Constantijn in de jaren 330-40 met het aanbrengen van een aantal nieuwe elementen volgens de toen heersende architectonische voorschriften, waaronder een weg rondom het monument.

Nadat het Romeinse rijk het christelijke geloof als staatsgodsdienst had aangenomen en die haar macht had geconsolideerd werd het theater als zedeloos ervaren en verlaten. Men bedekte het met aarde en liet alleen het bovenste gedeelte van de tribune zichtbaar. Deze werd door de Moren 'Las siete silas' (de zeven stoelen) genoemd omdat er verschillende kaliefen hun beslissingen namen.

Het circus. Daterend uit het begin van de eerste eeuw, waarschijnlijk onder keizer Tiberius, staat dit gebouw vanwege zijn afmetingen (400 x 100 meter) buiten de stadsmuren. Het kon 30.000 toeschouwers in zich opnemen, volgens een klassieke indeling naar sociale klassen. Het bevat een centrale arena met in het midden een centraal hek, 223 meter lang en 8,5 meter breed en versierd met o.a. monolieten. Populair waren er vooral de paardenrennen met twee paarden (bigas) en met vier paarden (cuádrigas).

Het circus bezit een bezoekerscentrum met een expositie van de structuur van dit bouwwerk. Het is vrij toegankelijk voor het publiek.

Het amfitheater. Ingehuldigd in het jaar 8 v.C. werd dit gebouw gebruikt voor het onder het Romeinse volk zeer populaire schouwspel van gevechten tussen gladiatoren, tussen mensen en roofdieren en tussen dieren onderling. Het bestaat uit een centrale arena met een elliptische vorm en omringd door een tribune, bestaande uit drie zones, voor in totaal 15.000 toeschouwers. Van deze drie zones is alleen de onderste bewaard gebleven.

Het huis van het amfiteather. De naam komt omdat het naast het amfiteather ligt. In feite gaat het om twee huizen, het 'Casa del Anfiteatro' en het 'Casa de la Torre del Agua'.

Acquaducten. Er zijn twee acquaducten te vinden in Mérida, het 'Acuaducto de los Milagros' (Aquaduct van de Wonderen) en het 'Acueducto de Rabo de Buey-San Lázaro' (Aquaduct van de Ossenstaart–Sint Lazarus). Het eerste maakt deel uit van een net dat water naar Mérida bracht vanaf het stuwmeer van Proserpina op zo'n 5 kilometer van de stad. Het werd gebouwd in de eerste eeuw. De bogengalerij is uitzonderlijk goed bewaard gebleven, vooral het deel in de vallei van de Albarregas, wat een wonder mag heten -zoals de naam al zegt.

Het tweede aquaduct bracht het water vanuit ondergrondse bronnen en noordelijk gelegen beken naar de stad. Het ondergrondse deel van deze leiding is goed bewaard gebleven. Van de bogengalerij die de vallei van de Albarregas moest oververbruggen, zijn echter slechts drie pilaren over.

Castellum aquae. Gelegen op de hoogte van de 'Calle del Calvario', was dit het einde van het Aquaduct van de Wonderen en waar de waterdistributie naar de stad begon.

De tempel van Diana. De tempel, gebouwd tegen het einde van de eerste eeuw v.C en voltooid in de eerste eeuw n.C., is één van de weinige Romeinse gebouwen met een religieus karakter, die in de stad zijn overgebleven. Ondanks dat de naam anders doet denken was het gewijd aan de keizerlijke eredienst. Het gebouw, voornamelijk bestaande uit graniet, is rechthoekig en wordt omringd door zuilen. De voorzijde heeft een voorgevel met zes aflopende kolommen. Dat het de eeuwen heeft overleefd is voornamelijk te danken aan de eerste Graaf van los Corbos, die het in de 16de eeuw in de bouw van zijn paleis opnam. Daardoor kunnen er wel elementen in Renaissance stijl in ontdekt worden.

Portiek van het forum. Vlakbij de Tempel van Diana staat het porticus van het forum, uit de eerste eeuw. Het monument bestaat uit een gebouw met een muur met verschillende nissen waarin standbeelden moeten hebben gestaan. Niet lang geleden werd het gerestaureerd op basis van enkele op deze plaats gevonden voorwerpen.

De boog van Trajanus. Er wordt gedacht dat het om een triomfboog gaat maar het kan net zo goed ook gebruikt zijn als wachtkamer voor de provinciale rechtbank. Liggend aan de Cardo Maximus, één van de belangrijkste wegen van de stad, verzorgde het de verbinding met de stad. Het werd opgebouwd in graniet en bedekt met marmer, bijna 14 meter hoog, 5,70 meter breed en met een boog van 8,67 meter. Of de boog in de tijd van Trajanus werd gebouwd is, ondanks de naam die men eraan heeft gegeven, niet duidelijk.

Het huis van Mithras. Liggend in een glooiing aan de zuidkant van de heuvel van San Albin, vallen hier vooral een zuilengalerij met een binnentuin en een kamer met een mozaïek op. In dat mozaïek (zie foto detail) is de figuur van Aion, god van de eeuwigheid en de welvaart, dominant aanwezig alsmede vele natuurelementen en andere goden, die die vertegenwoordigen. Het huis werd bij toeval ontdekt in de jaren 60 en men veronderstelt dat hier of in de buurt de god Mithras werd vereerd, een monotheïstische cultus die tot ongeveer het jaar 300 in het Romeinse rijk veel aanhangers heeft gehad en waarvan het Christendom het één en ander heeft overgenomen. Het bestaat uit een metselwerk van klei en natuursteen en een versterking met grote stenen in de hoeken.

Begraafplaatsen. Buiten de oude Romeinse stad zijn twee gebouwen van klei en natuursteen met open dak te vinden, die gebruikt werden voor begrafenissen. In beide gebouwen zijn opschriften van de eigenaars  bewaard gebleven.

Thermen. De thermen van San Lázaro bevinden zich in het park van San Lázaro. Ze waren gebouwd met als doel om hooggeplaatste burgers van een bad te laten genieten terwijl ze de evenementen bezochten, die circus bood.

In de 'Calle de Reyes Huertas' zijn thermen met koud water, vrij uniek in het Romeinse rijk, en een sneeuwkuil, ooit gebruikt als bewaarplaats voor sneeuw en het koel houden van het water. Het werd ook gebruikt als bewaarplaats voor bederfbare producten.

In de buurt van het nabijgelegen dorp Alange vinden we ook nog thermen die vandaag de dag nog steeds gebruikt worden.

Bruggen. De plaats voor de brug over de Guadiana werd zorgvuldig gekozen aan een belangrijke aanvoersader, de Decumanus Maximus. De originele structuur bestond -i.t.t. de huidige- uit twee stukken welke verbinding maakten met een eiland in de rivier waar er een grote brugpijler stond. Die werd in de 17de eeuw vervangen door meerdere bogen nadat in 1603 overstromingen een deel van de brug hadden afgebroken. Ook in de Romeinse periode werd de brug verscheidene malen verlengd omdat men merkte dat het waterpeil in bepaalde periodes steeg. Uiteindelijk bereikte de brug zo een lengte van 792 meter.

Dicht tegen de brug werd door de Moose overheersers een klein gebouwtje geplaatst, het 'Alcazarejo' met de bedoeling de overgang van de rivier naar de stad te controleren.

Dit brug over de Alberregas, 145 meter lang en met als doel de rivier de Albarregas te overbruggen, stamt uit het tijdperk van Augustus. Hier begon de 'Via de la Plata' in de richting van Astorga.

Andere monumenten
- De Arabische citadel werd in 835 gebouwd door Abderraman II om de stad, die vanaf 805 regelmatig in opstand kwam, beter te kunnen controleren. Het wordt beschouwd als de eerste Arabische citadel op het Iberische schiereiland. Het bestaat uit een grote omsloten ruimte van 130 meter aan elke zijde. Binnen vinden we een waterreservoir, met water dat rechtstreeks uit de Guadiana komt. Aan een van de uiteinden heeft men later een klooster gebouwd voor de Orde van Santago. Tegenwoordig is het de residentie van de regionale regering.
De basíliek van de Heilige Eulalia stamt al van begin van het christendom. Het werd in de vierde eeuw gebouwd op de grafheuvel van de heilige Eulalia, patroonheilige van de stad, om pelgrims uit heel Europa aan te trekken. De heilige Eulalia was  een meisje dat als martelares stierf. Tijdens de Arabische invasie werd de oorspronkelijke basiliek -met marmeren vloeren, een verguld plafond en mozaïeken- vernield, waarna in de 13de eeuw een nieuwe basiliek op dezelfde plek werd opgericht. Het werd gebouwd in Romaanse stijl, met zijkapellen, een hoogaltaar en een poort aan de rechterzijde van de voorgevel. Binnen zien we een plafond met vakwerk die het gewelf, de kapitelen en de zuilen bedekt. Sommige materialen zijn afkomstig uit de tempel van de Visigoten. In de crypte, die in de jaren 90 van de vorige eeuw werden opgegraven (zie foto), zijn belangrijke overblijfselen uit zowel Romeinse en de Visigotische tijd ontdekt m.b.t de eerste grafheuvel van de heilige.
De Obelisk voor de Heilige Eulalia, opgericht in de 17de eeuw. Voor de bouw van de obelisk zijn materialen gebruikt uit de Romeinse periode.
De archeologische vindplaats van Morerias, de overblijfselen vinden van een Romeinse en een Arabische wijk.
Het ziekenhuis voor de pelgrims, enig overblijfsel van de Visigotische architectuur zonder religieus karakter. Het werd gebouwd in opdracht van bisschop Masona in de tweede helft van de 6de eeuw. Het diende als hospitaal en onderdak voor de pelgrims die de resten van de Heilige Eulalia kwamen vereren. Tevens was het een hospitaal voor de armen van de stad.
De kerk van de Heilige Clara  behoort toe aan het klooster van de Orde van Santa Clara en werd gesticht in 1602 door Lope Sánchez de Triana, levenslang bestuurder van de stad. Het meest opvallend aan de kerk is de barokke voorgevel.
Het klooster van San Andrés werd gebouwd in 1571. Alleen de kerk en de voorgevel zijn bewaard gebleven. In de laatste werden de patroonheiligen van de stad afgebeeld samen met het wapenschild van de stad. Recente opgravingen op het terrein van het klooster hebben ons interessante gegevens verstrekt over de geschiedenis van dit deel van de oude stad. Zo werd er een mozaïek gevonden uit de 3de of 4de eeuw, afkomstig is uit een Romeins huis dat binnen de muren van de stad lag. Uit de Visigotische periode heeft men er één van de oudste kerken ontdekt, de kerk van San Andrés, dat in de 13de eeuw werd gerestaureerd. Ook vond men er resten van een Arabische stadsmuur uit de 7de eeuw.
De kerk van Jesús Nazareno, opgericht in 1724 door de Hospitaal Broeders van Jesús Nazareno, had oorspronkelijk twee toegangen in de voorgevel, waarvan één toegang gaf tot de kerk en de ander tot het klooster. Momenteel is er slechts één toegang overgebleven. Tijdens de 18de eeuw verzamelde men in de patio van het klooster archeologische stukken, die nu in het Nationaal Museum van Romeinse Kunst te bezien zijn.
De stuwmeren van Proserpina en Cornalvo, de oudste stuwmeren van Spanje. Men heeft lang gedacht dat het eerste waterreservoir  uit de Romeinse periode dateert, hoewel er nu wetenschappers zijn die beweren dat het middeleeuws is.