Lag het mythische Atlantis in het zuiden van Spanje?

De Griekse filosoof Plato (427-347 v. C.) maakte ooit melding van het bestaan en ondergang van een welvarende beschaving ver voor zijn tijd. Deze beschaving, Atlantis genoemd, zou zich achter de 'Zuilen van Hercules' (de Straat van Gibraltar) hebben bevonden, dus buiten de Middellandse Zee. Ondanks dat dit als een mythe wordt beschouwd, zit in elke mythe wel een kern van waarheid. Dat heeft geleid tot vele theoriën geleid over waar Atlantis dan wel kan hebben gelegen: in de Sahara, Centraal-Amerika, op Antarctica, de Azoren, de Mediterraanse eilanden en zelfs de Indonesische eilanden. 

Eén van die theoriën is dat Atlantis Tartessos moet zijn geweest, de hoofdstad van een rijk, dat zich tussen de 11de en 7de eeuw v. C. in het zuiden van Spanje manifesteerde. Sporen van een grote vloedgolf, die de kuststreken van de huidige provincies Huelva en Cádiz -net buiten de Middelandse Zee- hebben overspoeld omstreeks de tijd van het verdwijnen van Tartessos, voeden die theorie.

Archeologen vermoeden dat Tartessos aan de monding van de Guadalquivir lag, in wat tegenwoordig het Nationale Park Doñana is. Men heeft dit gebied, dat pas sinds de ijstijd onder water staat, altijd al als mogelijke plaats gezien van menselijke activiteit. Aangetoond is dat het water er in  de geschiedenis enige tijd is geweken, voldoende tijd om er een stad te bouwen en die te bewonen. Deze stad zou door een tsunami verwoest zijn.

Tin en koper
De oorsprong van Tartessos is onbekend. Het is echter vrijwel zeker dat haar bewoners al in het 2de millennium v. C. handelden in tin en koper, de twee metalen die nodig zijn om tot de legering brons te komen. Waarschijnlijk waren dat Iberiërs, een volk dat afstamde van de klokbekercultuur en beïnvloed werd door het Minoïsche Kreta. Die cultuur domineerde tussen 2500 en 1500 v. C. de handel op en rond de Middellandse Zee. Een andere theorie is dat Tartessos is begonnen als een kolonie van Kreta en dat er in het vervolg een lokale en Minoïsche mengcultuur is ontstaan.

De faam van deze stad reikte ver -ook de Bijbel meldt een stad, genaamd Tarsis, waar koning Salomo handel mee dreef. Het zuiden van Spanje is rijk aan ertslagen van koper en tin, maar ook van o.a. goud, zilver en kwik. Vooral in de omgeving van de Río Tinto werden zeer oude kopermijnen aangetroffen, die al vóór 3000 v. C. werden geëxploiteerd. De naam van de rivier ('tinto' betekent 'rood gekleurd´) is daar dan ook aan te danken. Tartessos had dan ook een rijke metaalhandel.

Deze handel was zo lucratief dat omstreeks 1000 v. C. de Feniciers er vlakbij een handelspost stichtten, genaamd Gadir -wat in het fenicisch 'ommuurde stad' betekent. Gadir is tegenwoordig bekend als Cádiz. Ook de stad Malaka, gesticht in de 8ste eeuw v. C. en tegenwoordig bekend als Málaga, heeft een Fenicische oorsprong.

Einde van Tartessos
Uiteindelijk leidde de Feniscische aanwezigheid tot een machtstrijd met Carthago, die Tartessos niet anders kon dan verliezen. Na de 6de eeuw v. C. verdween de stad volledig uit beeld. Het is mogelijk dat ze door de eerder genoemde vloedgolf werd verwoest, of anders door een vijand om economische redenen.

Onderzoek
Ondanks veel archeologisch onderzoek is de precieze locatie waar Tartessos heeft gelegen nooit gevonden. Volgens overleveringen uit de Oudheid moet de stad echter op een groot driehoekig eiland in de monding van de Guadalquivir. Dat eiland heeft bestaan, maar is al lang geleden door de aanslibbing van de rivier aan land vastgegroeid. Tegenwoordig ligt daar dus het Nationaal Park  >>Doñana, een groot moeras dat zijn bijzondere beschermingsstatus te danken heeft aan een zeldzame flora en fauna, die er aanwezig is.

Men heeft in de monding van de Guadalquivir grote steenblokken en verzonken havenkades gevonden, maar het is nog niet duidelijk geworden uit welke tijd ze precies stammen. Ook zijn er inscripties aangetroffen, in een tot nu toe onvertaald schrift, en smeedkunst in goud. Op een luchtfoto, die van het gebied werd gemaakt, zijn grote cirkels en rechthoeken waar te nemen, die niet zomaar door de natuur kunnen zijn gevormd. Dit maakt de toekomstige vondst van een verloren stad steeds waarschijnlijker.

Wat de theorie betreft dat Tartessos Antlantis zou zijn, weten we dat er in het Middellandse Zeegebied van de prehistorie vaker rampzalige vulkaanuitbarstingen, hebben plaatsgevonden. Men vermoed ook dat de Minoïsche beschaving voor een groot deel werd weggevaagd ten gevolge van een vulkaanuitbarsting rond 1620 v. C. op het eiland Santorini. Ook Tartessos kan dit lot dus hebben ondergaan -misschien dus later.

In zijn dialogen Timaeus en Critias, schrijft Plato wel nog dat Atlantis 'groter zou zijn dan Noord-Afrika en Klein-Azië bij elkaar', en dat het omstreeks 9.500 v. C. al door een wereldwijde catastrofe van de aardbodem verdwenen zou zijn. Dat is bijna twee eeuwen eerder dan het vermoede einde van Tartessos.

Of Tartessos dus het verloren Atlantis is, daar kan dus voorlopig over gespeculeerd blijven worden. Archeologen zijn er in elk geval nog lang niet uit.

Afbeeldingen: Reconstructie van Atlantis; mogelijke situatie van Atlantis in de monding van de Guadalquivir; monding van de Guadalquivir (foto: Antonio Cuevas); kaart van Zuid-Spanje met Tartessos; luchtfoto's met structuren in  Nationaal Park Doñana